7DTV | De Podcast over Ondernemen

TIMELINE – Wat gebeurt er als je ’s werelds kleinste social netwerk combineert met all-in-one HR-platform Appical? Dan ontstaat er een goed, maar pril huwelijk. Constance Scholten, oprichter Camarilla, vertelt over de, zojuist bekendgemaakte, fusie tussen deze twee tech-bedrijven. Even terug in de tijd… Constance wilde niet alles met iedereen delen toen zij voor haar baan de wereld rondreisde. Bye, Facebook! Ze startte begin 2016 Camarilla, een app om met maximaal vijftien vrienden te communiceren. In deze aflevering zet zij de laatste ontwikkelingen rondom 's werelds kleinste sociale netwerk voor je op een rijtje gezet. Constance: ‘Het was erg onverwacht hoe dat in 2016 werd opgepakt. We hebben iets gebouwd dat we zelf graag wilden gebruiken. Die luxe hadden we ook. Maar binnen no-time werd het in 175 landen opgepakt. We merkten dat we een ‘BCC’ hadden gecreëerd in een app-vorm. Een persoonlijk verbindingsnetwerk. Het effect was dat het internationale bedrijfsleven om een custom made oplossing vroeg om binnen een bedrijf te gebruiken. Wij waren toen niet met groei bezig, maar met het neerzetten van een goed product.’ Huwelijk?De grote corporates klopten aan bij Camarilla. Constance beschrijft dat de uitdaging van deze bedrijven vooral zit in het ‘moeten verbinden’ van mensen. Iedereen weet dat dit soort bedrijven een gigantische workforce, waarin iedereen een eigen doelstelling heeft, bijelkaar moet brengen. Sterker nog, de bedrijfsmissie en visie moet worden overgebracht. Het verbinden van mensen liet Constance niet meer los. ‘In Austin kwamen we tijdens SXSW een club tegen, Appical. Zij bouwen on-boarding software. Wat bleek? We hadden dezelfde missie: het verbinden van de belangrijkste relaties.’ Kijk de hele aflevering om alles over deze fusie te weten te komen!

TIMELINE – Wat gebeurt er als je ’s werelds kleinste social netwerk combineert met all-in-one HR-platform Appical? Dan ontstaat er een goed, maar pril huwelijk. Constance Scholten, oprichter Camarilla, vertelt over de, zojuist bekendgemaakte, fusie tussen deze twee tech-bedrijven. Even terug in de tijd… Constance wilde niet alles met iedereen delen toen zij voor haar baan de wereld rondreisde. Bye, Facebook! Ze startte begin 2016 Camarilla, een app om met maximaal vijftien vrienden te communiceren. In deze aflevering zet zij de laatste ontwikkelingen rondom 's werelds kleinste sociale netwerk voor je op een rijtje gezet. Constance: ‘Het was erg onverwacht hoe dat in 2016 werd opgepakt. We hebben iets gebouwd dat we zelf graag wilden gebruiken. Die luxe hadden we ook. Maar binnen no-time werd het in 175 landen opgepakt. We merkten dat we een ‘BCC’ hadden gecreëerd in een app-vorm. Een persoonlijk verbindingsnetwerk. Het effect was dat het internationale bedrijfsleven om een custom made oplossing vroeg om binnen een bedrijf te gebruiken. Wij waren toen niet met groei bezig, maar met het neerzetten van een goed product.’ Huwelijk?De grote corporates klopten aan bij Camarilla. Constance beschrijft dat de uitdaging van deze bedrijven vooral zit in het ‘moeten verbinden’ van mensen. Iedereen weet dat dit soort bedrijven een gigantische workforce, waarin iedereen een eigen doelstelling heeft, bijelkaar moet brengen. Sterker nog, de bedrijfsmissie en visie moet worden overgebracht. Het verbinden van mensen liet Constance niet meer los. ‘In Austin kwamen we tijdens SXSW een club tegen, Appical. Zij bouwen on-boarding software. Wat bleek? We hadden dezelfde missie: het verbinden van de belangrijkste relaties.’ Kijk de hele aflevering om alles over deze fusie te weten te komen!

Het is steeds moeilijker om de aandacht van de consument via traditionele kanalen vast te houden. Het online domein wint. Tiny Riot speelt daar als digital format agency, opgericht onder de vleugel van Fremantle Media, goed op in. Managing director Arthur Clement komt oorspronkelijk uit de traditionele tv-wereld, maar heeft de switch gemaakt naar de digitale wereld. Leer van zijn ondernemerslessen!  Redactioneel vs. Commercieel In de traditionele media zag Clement dat de commerciële en redactionele tak ‘keihard’ gescheiden zijn. Als we kijken naar brands, die steeds vaker zelf de rol als uitgever op zich nemen en content gaan maken en verspreiden, is sponsored entertainment key. Hoe breng je redactioneel en commercieel bij elkaar? Clement: ‘Branded content, betekent voor mij dat je de content van een ander ‘branded’ maakt. Sponsored entertainment is veel meer zelf content maken. Maar dat moet je wel voor de doelgroep doen en niet voor het merk zelf.’   Zijn advies? Plak je merk niet op het kanaal van een YouTuber, maar zet talent in op je eigen platform en bouw een eigen publiek. Hij heeft nog meer tips en tricks voor je in petto. Check de hele aflevering!

Het is steeds moeilijker om de aandacht van de consument via traditionele kanalen vast te houden. Het online domein wint. Tiny Riot speelt daar als digital format agency, opgericht onder de vleugel van Fremantle Media, goed op in. Managing director Arthur Clement komt oorspronkelijk uit de traditionele tv-wereld, maar heeft de switch gemaakt naar de digitale wereld. Leer van zijn ondernemerslessen!  Redactioneel vs. Commercieel In de traditionele media zag Clement dat de commerciële en redactionele tak ‘keihard’ gescheiden zijn. Als we kijken naar brands, die steeds vaker zelf de rol als uitgever op zich nemen en content gaan maken en verspreiden, is sponsored entertainment key. Hoe breng je redactioneel en commercieel bij elkaar? Clement: ‘Branded content, betekent voor mij dat je de content van een ander ‘branded’ maakt. Sponsored entertainment is veel meer zelf content maken. Maar dat moet je wel voor de doelgroep doen en niet voor het merk zelf.’   Zijn advies? Plak je merk niet op het kanaal van een YouTuber, maar zet talent in op je eigen platform en bouw een eigen publiek. Hij heeft nog meer tips en tricks voor je in petto. Check de hele aflevering!

PROFILE - Frank Jan Horst (oprichter Blooming media) imponeert met cijfers. Het avontuurlijke kinderprogramma Hunter Street (het Nederlandse kinderprogramma ‘De Ludwigs’) wordt in 100 landen uitgezonden. In Amerika was het een heel groot succes met twee miljoen kijkers per aflevering. ‘Toen wij dit idee kregen, hadden we nog niet bedacht dat het zo groot uit zou pakken,’ stelt een bescheiden Horst. Hoe krijgt hij dat succes voor elkaar? Horst: ‘We hadden een pitch geschreven voor in Nederland. In London had iemand het script gelezen. Toen zijn we naar London gevlogen en daar vond iedereen het ‘fantastic’. Toen konden we aan de slag.’ Dan is merchandise de volgende stap, toch? Horst: ‘Het is een hele moeilijke markt. Daar kom je niet zomaar tussen. Veel mensen denken dat merchandise de grote cash cow is. Als je het heel goed doet, kan dat zo zijn. Maar animatie doet het altijd beter op merchandise, zoals SpongeBob. Met echte acteurs is dat over het algemeen minder.’ Van Cannes naar Los AngelesHorst heeft nu de juiste ingangen en de betere budgetten. Een tweede succes lijkt een kwestie van tijd. Horst: ‘Ja, dat denk ik wel. Hoe graag je dat in het begin ook wil, je moet het gewoon stapsgewijs doen. Dat past helemaal niet bij mijn karakter. Ik wil altijd doorgaan. Maar het heeft gewoon tijd nodig.’  ‘De beste ideeën worden er wel uitgefilterd,’ stelt Horst. ‘Elk project werkt anders. Bij zo’n groot project met Nickelodeon voor Hunter Street is het heel belangrijk dat we dat samen hebben gedaan. Maar voor Juf Roos hebben we dat anders aangepakt. Dat hebben we helemaal zelf gedaan. Er is geen juist antwoord op wat nou wel of niet werkt.’Kijk deze aflevering met Frank Jan Horst van Blooming media over slimme tv-formats, het succes van kinderprogramma's en het tv-landschap in het algemeen.

PROFILE - Frank Jan Horst (oprichter Blooming media) imponeert met cijfers. Het avontuurlijke kinderprogramma Hunter Street (het Nederlandse kinderprogramma ‘De Ludwigs’) wordt in 100 landen uitgezonden. In Amerika was het een heel groot succes met twee miljoen kijkers per aflevering. ‘Toen wij dit idee kregen, hadden we nog niet bedacht dat het zo groot uit zou pakken,’ stelt een bescheiden Horst. Hoe krijgt hij dat succes voor elkaar? Horst: ‘We hadden een pitch geschreven voor in Nederland. In London had iemand het script gelezen. Toen zijn we naar London gevlogen en daar vond iedereen het ‘fantastic’. Toen konden we aan de slag.’ Dan is merchandise de volgende stap, toch? Horst: ‘Het is een hele moeilijke markt. Daar kom je niet zomaar tussen. Veel mensen denken dat merchandise de grote cash cow is. Als je het heel goed doet, kan dat zo zijn. Maar animatie doet het altijd beter op merchandise, zoals SpongeBob. Met echte acteurs is dat over het algemeen minder.’ Van Cannes naar Los AngelesHorst heeft nu de juiste ingangen en de betere budgetten. Een tweede succes lijkt een kwestie van tijd. Horst: ‘Ja, dat denk ik wel. Hoe graag je dat in het begin ook wil, je moet het gewoon stapsgewijs doen. Dat past helemaal niet bij mijn karakter. Ik wil altijd doorgaan. Maar het heeft gewoon tijd nodig.’  ‘De beste ideeën worden er wel uitgefilterd,’ stelt Horst. ‘Elk project werkt anders. Bij zo’n groot project met Nickelodeon voor Hunter Street is het heel belangrijk dat we dat samen hebben gedaan. Maar voor Juf Roos hebben we dat anders aangepakt. Dat hebben we helemaal zelf gedaan. Er is geen juist antwoord op wat nou wel of niet werkt.’Kijk deze aflevering met Frank Jan Horst van Blooming media over slimme tv-formats, het succes van kinderprogramma's en het tv-landschap in het algemeen.

SMART – ‘Online kun je alles meten en snel verbeteren,’ aldus Janneke van den Heuvel, co-founder van TryLikes. ‘Wij wilden de fysieke wereld meetbaar en slim maken. Toen kwamen we al heel snel op klantbeleving.’ Het verzamelen van data is in de fysieke wereld nog niet zo makkelijk als online. Toch lukt het met het slimme meetstation van TryLikes. Maar wat dan? Janneke: ‘De consument is er uiteindelijk het meeste bij gebaat als er een hele goede experience ontstaat. Als de service op niveau is, het netjes is opgeruimd en iedereen vriendelijk is. Als alles goed op orde is, krijg je ruimte om echt oog te hebben voor die consument. Maar we moeten eerst inzichtelijk maken waar het aan schort.’  Simplicity is keyHet is niet nodig dat je een ‘GoogleAnalytics-Guru’ bent om met het ‘meetstation’ en het bijbehorende dashboard van TryLikes om te kunnen gaan. Janneke: ‘Dat is een belangrijk onderdeel van dit systeem. Simplicity wordt vaak nog onderschat bij innovaties. Natuurlijk is er aan de achterkant ook wel wat complexiteit van ons systeem. Maar door het zo supersimpel te maken, zie je eigenlijk dat iedereen daadwerkelijk begrijpt wat er staat. Maar nog belangrijker, dat iedereen acteert op die data.’ Wat voor interessante data verzamelen de klanten van TryLikes en waar wil TryLikes naartoe? Kijk de hele aflevering!

SMART – ‘Online kun je alles meten en snel verbeteren,’ aldus Janneke van den Heuvel, co-founder van TryLikes. ‘Wij wilden de fysieke wereld meetbaar en slim maken. Toen kwamen we al heel snel op klantbeleving.’ Het verzamelen van data is in de fysieke wereld nog niet zo makkelijk als online. Toch lukt het met het slimme meetstation van TryLikes. Maar wat dan? Janneke: ‘De consument is er uiteindelijk het meeste bij gebaat als er een hele goede experience ontstaat. Als de service op niveau is, het netjes is opgeruimd en iedereen vriendelijk is. Als alles goed op orde is, krijg je ruimte om echt oog te hebben voor die consument. Maar we moeten eerst inzichtelijk maken waar het aan schort.’  Simplicity is keyHet is niet nodig dat je een ‘GoogleAnalytics-Guru’ bent om met het ‘meetstation’ en het bijbehorende dashboard van TryLikes om te kunnen gaan. Janneke: ‘Dat is een belangrijk onderdeel van dit systeem. Simplicity wordt vaak nog onderschat bij innovaties. Natuurlijk is er aan de achterkant ook wel wat complexiteit van ons systeem. Maar door het zo supersimpel te maken, zie je eigenlijk dat iedereen daadwerkelijk begrijpt wat er staat. Maar nog belangrijker, dat iedereen acteert op die data.’ Wat voor interessante data verzamelen de klanten van TryLikes en waar wil TryLikes naartoe? Kijk de hele aflevering!

PROFILE – Je kent hem misschien van spelletjes als ‘De Slimste Mens’, De IQ-test Quiz, Wie is de Mol? en De Tafel van Taal. Daarnaast schrijft hij vele artikelen en maakt en presenteert hij televisieprogramma’s. Diederik Jekel, wetenschapsjournalist: ‘Ik word betaald om te mogen praten over iets waar ik vierentwintig uur per dag over wil praten. Het is echt mijn passie en mijn hobby.’ Hij is geen wetenschapper die zelf onderzoekt, maar spreekt, presenteert en schrijft over wetenschap. ‘Allereerst omdat ik denk dat ik een redelijk gemiddelde natuurkundige zou zijn. Ik zou geen nobelprijswaardig werk afleveren. Natuurkunde is over het algemeen voor veel mensen een studie van bescheidenheid. Je wordt elke dag geconfronteerd met dat je als mens net te stom bent om de natuur te begrijpen. Omdat je een beetje op het randje van de kennis zit. Daarnaast vind ik dingen uitleggen erg leuk. Daar ben ik net iets makkelijker in dan mijn collega’s. Ik denk dat ik zo meer verschil kan maken als wetenschapsjournalist.’ Politieke ambitiesAmbities om minister van OCW te worden? ‘Ik zou dat heel mooi vinden. Voornamelijk omdat ik in een soort gekke positie zit. Onderwijs, cultuur en wetenschap dat is eigenlijk een raar huwelijk. Alle drie de onderwerpen leveren niet direct heel veel geld, zoals landbouw bijvoorbeeld. Moeilijk meetbaar, dus in die zin lijken ze wel op elkaar. Maar er zijn niet heel veel wetenschappers die in de cultuur zitten of andersom. Ik zit in de rare positie dat ik in de televisie werk, dat ik filmscenario’s schrijf en dat ik elke dag in wetenschappelijke laboratoria kom. Ik heb daar dus heel veel mee te maken.’ ‘Wetenschap is internationale samenwerking’Diederik: ‘Er is een mooie uitspraak. Als je wilt dat mensen schepen gaan bouwen, moet je ze niet uitleggen hoe dat werkt met hout en dat soort dingen. Je moet ze leren om te verlangen naar de zee. En op het moment dat ze daar naar verlangen, gaan ze zelf die kant op. Het enige wat je dan nog moet doen als land, is de infrastructuur mogelijk maken. De logistiek, dat universiteiten de mogelijkheden en de middelen hebben. (…) Wetenschap is internationale samenwerking en er is bijna geen enkel land beter in dan Nederland.’

PROFILE – Je kent hem misschien van spelletjes als ‘De Slimste Mens’, De IQ-test Quiz, Wie is de Mol? en De Tafel van Taal. Daarnaast schrijft hij vele artikelen en maakt en presenteert hij televisieprogramma’s. Diederik Jekel, wetenschapsjournalist: ‘Ik word betaald om te mogen praten over iets waar ik vierentwintig uur per dag over wil praten. Het is echt mijn passie en mijn hobby.’ Hij is geen wetenschapper die zelf onderzoekt, maar spreekt, presenteert en schrijft over wetenschap. ‘Allereerst omdat ik denk dat ik een redelijk gemiddelde natuurkundige zou zijn. Ik zou geen nobelprijswaardig werk afleveren. Natuurkunde is over het algemeen voor veel mensen een studie van bescheidenheid. Je wordt elke dag geconfronteerd met dat je als mens net te stom bent om de natuur te begrijpen. Omdat je een beetje op het randje van de kennis zit. Daarnaast vind ik dingen uitleggen erg leuk. Daar ben ik net iets makkelijker in dan mijn collega’s. Ik denk dat ik zo meer verschil kan maken als wetenschapsjournalist.’ Politieke ambitiesAmbities om minister van OCW te worden? ‘Ik zou dat heel mooi vinden. Voornamelijk omdat ik in een soort gekke positie zit. Onderwijs, cultuur en wetenschap dat is eigenlijk een raar huwelijk. Alle drie de onderwerpen leveren niet direct heel veel geld, zoals landbouw bijvoorbeeld. Moeilijk meetbaar, dus in die zin lijken ze wel op elkaar. Maar er zijn niet heel veel wetenschappers die in de cultuur zitten of andersom. Ik zit in de rare positie dat ik in de televisie werk, dat ik filmscenario’s schrijf en dat ik elke dag in wetenschappelijke laboratoria kom. Ik heb daar dus heel veel mee te maken.’ ‘Wetenschap is internationale samenwerking’Diederik: ‘Er is een mooie uitspraak. Als je wilt dat mensen schepen gaan bouwen, moet je ze niet uitleggen hoe dat werkt met hout en dat soort dingen. Je moet ze leren om te verlangen naar de zee. En op het moment dat ze daar naar verlangen, gaan ze zelf die kant op. Het enige wat je dan nog moet doen als land, is de infrastructuur mogelijk maken. De logistiek, dat universiteiten de mogelijkheden en de middelen hebben. (…) Wetenschap is internationale samenwerking en er is bijna geen enkel land beter in dan Nederland.’