Waarom de wetenschap nog lang niet zonder proefdieren kan
Jan 22, 2025
auto_awesome
Sjoerd de Jong, wetenschapsredacteur bij NRC en specialist in filosofie en ethiek, en Niki Korteweg, medisch redacteur gespecialiseerd in biomedisch onderzoek, bespreken de rol van proefdieren in de wetenschap. Ze duiken in de ethische dilemma's van dierproeven en de groeiende maatschappelijke bezorgdheid hierover. De gasten delen hun ervaringen tijdens bezoeken aan onderzoekinstellingen en de cruciale rol van apen in hersenonderzoek. Ook de politieke discussies en de zoektocht naar alternatieven komen aan bod, wat leidt tot een intrigerende reflectie op de toekomst van het onderzoek.
De groeiende maatschappelijke onvrede over proefdieren leidt tot verhoogde ethische overwegingen en kritische discussies binnen wetenschap en politiek.
Hoewel alternatieven zoals celkweek en organen op een chip in ontwikkeling zijn, blijft onderzoek met levende dieren in sommige gevallen noodzakelijk.
Deep dives
Maatschappelijke onvrede over proefdieren
De groeiende maatschappelijke onvrede over het gebruik van proefdieren in biomedisch onderzoek is een belangrijk thema. Mensen beginnen dieren steeds meer te beschouwen als gelijkwaardige wezens en zelfs als familieleden. Deze verschuiving in perceptie leidt tot toenemende kritiek op praktijken zoals de bio-industrie en dierproeven. Dit onderwerp leeft niet alleen in de samenleving, maar ook binnen de wetenschap en de politiek, waar het steeds vaker wordt besproken en hervorming wordt overwogen.
Inzicht in dierproeven
Tijdens een bezoek aan het Nederlands Kankerinstituut en het Nederlands Herseninstituut werd het leven van proefdieren in onderzoeksfaciliteiten belicht. Proefdieren, zoals muizen en rhesusapen, worden onder strikte protocollen gehouden en hun welzijn wordt nauwlettend in de gaten gehouden. Voor bijvoorbeeld kankermuizen zijn er systemen waarin hun gezondheid wordt gemonitord met kleurcodes die de status van hun welzijn aangeven. Dit benadrukt de ethische overwegingen en de empatische behandeling van de dieren, hoewel de proeven zelf inherent ongemak met zich meebrengen.
Regelgeving en het aantal proefdieren
In Nederland zijn er strikte regels omtrent het gebruik van proefdieren, vastgelegd in de wet op dierproeven. Er is een aanzienlijke afname geweest van het aantal proefdieren dat jaarlijks wordt gebruikt, van anderhalf miljoen naar tussen de 400.000 en 500.000. Veiligheidstests voor medische en chemische producten vormen de grootste redenen voor dierproeven, maar er is ook een groeiende vraag naar alternatieven. De uitdaging blijft om een balans te vinden tussen noodzakelijk onderzoek en het welzijn van dieren.
De toekomst van proefdieronderzoek
Er wordt onderzocht hoe alternatieven voor proefdieronderzoek verder ontwikkeld kunnen worden, met de hoop op steeds minder afhankelijkheid van levende dieren. Hoewel al significante stappen zijn gezet in het gebruik van celkweek en organen op een chip, is er nog steeds een deel van het onderzoek dat alleen in levende organismen kan plaatsvinden. De ethische en maatschappelijke druk om proefdieren te reduceren neemt toe, terwijl de snelheid van ontwikkeling van alternatieven achterblijft. Dit vraagt om een heroverweging van de manier waarop onderzoek en de regels daaromheen worden benaderd.
In Nederland worden voor biomedisch onderzoek proefdieren gebruikt. Tegelijkertijd groeit de maatschappelijke verontwaardiging over dit type testen. Heeft onderzoek met proefdieren nog wel toekomst? Wat zouden de alternatieven zijn? En kan de wetenschap eigenlijk wel zonder deze dieren?
Heeft u vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via ombudsman@nrc.nl